Wil je weten welke wetswijzigingen vanaf dit nieuwe jaar in zijn gegaan? Of welke de komende tijd nog op het programma staan? Lees dan verder voor een overzicht van de belangrijkste actualiteiten rondom de Omgevingswet en Wet kwaliteitsborging.

In een notendop: de nieuwe Omgevingswet

Zoals wij in ons vorige artikel al hebben toegelicht, is de Omgevingswet een hele brede wet. Heel veel onderwerpen die nu in allerlei verschillende wetten zijn ondergebracht, worden straks onderdeel van één wet. Denk hierbij aan onderwerpen als ruimtelijke ordening, wonen, infrastructuur, milieu, natuur en water. De komst van de nieuwe Omgevingswet zorgt ervoor dat inwoners en andere betrokkenen meer inspraak krijgen bij plannen voor de fysieke leefomgeving. Met als één van de doelen: snellere en betere besluitvorming.

#1: omgevingswet: een participatieverordening opstellen

In de wet is opgenomen dat participatie moet, maar niet hoe. Dat komt omdat elk proces anders is en altijd gebaat is bij maatwerk. Veel gemeenten zijn op dit moment bezig om vorm te geven aan de participatieverordening. Daarbij moeten zij rekening houden met drie kerninstrumenten van de Omgevingswet (de omgevingsvisie, het omgevingsplan en de omgevingsvergunning). Elk kerninstrument stelt andere eisen aan participatie.

  1. Omgevingsvisie (motiveringsplicht) – In de omgevingsvisie wordt de kwaliteit en het voornemen voor de fysieke leefomgeving beschreven. Voor deze visie geldt een zogenaamde motiveringsplicht: het bevoegd gezag geeft bij het besluit aan hoe burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en bestuursorganen zijn betrokken bij de voorbereiding en wat de resultaten daarvan zijn. Voorbeelden zijn: het doel en onderwerp van het participatietraject en het niveau van participeren (raadplegen, adviseren, coproduceren of meebeslissen) enzovoorts.
  2. Omgevingsplan (kennisgeving vooraf, motivatieplicht bij besluitvorming) – Als de gemeente een omgevingsplan gaat maken, moeten ze aan kennisgeving doen. Dit betekent dat zij van tevoren bepalen hoe zij de participatie gaan vormgeven. Wie wordt betrokken, wanneer en waarover? Wat is de rol van het bevoegd gezag en de initiatiefnemer? Bij het vaststellen van het omgevingsplan moet de gemeente motiveren dat zij aan participatie hebben gedaan en laten zien wie betrokken zijn geweest. Ook moeten zij inzichtelijk maken wat zij met de resultaten hebben gedaan.
  3. Vergunningaanvraag (aanvraagvereiste) – Iemand die een vergunning aanvraagt voor een activiteit die hij of zij wil doen, noemen we een initiatiefnemer. Hij of zij heeft zelf de verantwoordelijkheid om belanghebbenden te informeren en te betrekken. Participatie is in dit geval een hulpmiddel voor het bevoegd gezag om een goede afweging te maken om de aanvraag toe te kennen of af te wijzen. Ook geeft het de initiatiefnemer waardevolle informatie om zijn voorstel te verbeteren. Om vroegtijdige participatie te stimuleren is er een nieuwe aanvraagvereiste. De initiatiefnemer moet in de aanvraag aangeven of en zo ja, hoe er is overlegd met belanghebbenden. Ook moet de initiatiefnemer het resultaat van de participatie aangeven.

#2 Wet Kwaliteitsborging

Op 1 januari 2022 treedt de Wet Kwaliteitsborging (Wkb) voor het Bouwen in werking. Dat betekent dat gemeenten het toezicht in de bouw vanaf dat moment anders gaan organiseren. De kern van de nieuwe wet is dat onafhankelijke kwaliteitsborgers er op toezien of men voldoet aan de bouwtechnische voorschriften in het Besluit bouwwerken leefomgeving (BBL). De taken van de kwaliteitsborger zijn als volgt:

  • Op basis van een risicobeoordeling stelt hij een borgingsplan vast, waarin staat vastgelegd welke zaken verder uitgewerkt moeten worden, welke informatie nog nodig is en welke punten extra aandacht vragen.
  • Hij ziet erop toe dat men voldoet aan de bouwtechnische voorschriften.
  • Bij oplevering verstrekt hij een verklaring waarin staat dat voldaan is aan de voorwaarden. Daarna is het bouwwerk klaar voor ingebruikname.

De rol van de gemeente ten aanzien van het toetsen van de bouwplannen aan het omgeving- en veiligheidsplan blijft ongewijzigd. Het Bouw- en Woningtoezicht, zoals gemeenten dat nu uitvoeren, verschuift dus naar de marktpartijen. De gemeente doet daarbij als bevoegd gezag een stapje terug, maar blijft wel verantwoordelijk voor de handhaving. De aansprakelijkheid van de aannemer wordt daarbij groter, wat naar verwachting leidt tot een verhoging van de kwaliteit van de bouw.

Bouwwerken

Tot slot gaat de wetgeving in 2022 in voor bouwwerken die vallen onder gevolgklasse 1. Dat zijn bouwwerken in de laagste risicoklasse als bijvoorbeeld eengezinswoningen en simpele bedrijfspanden. Na de evaluatieperiode van 3 jaar wordt besloten of bouwwerken met hogere klassen ook volgens de Wet Kwaliteitsborging gaan werken.

Relevant aanbod

kcc omgevingswet

Cursus

Cursus Inleiding in Participatie in fysieke leefomgeving

Na afloop van deze cursus ben jij in staat om: het belang van participatie uit te leggen en de relevante aspecten voor participatie te benoemen de rollen en bevoegdheden in...

Bekijk cursus

Interviews

Omgevingswet: voldoende potentie, maar wel nog even wennen

De Omgevingswet is op 1 januari van dit jaar eindelijk in werking getreden en brengt 26 wetten en honderden regels samen in één wet. Toch is het de vraag welke...

Bekijk interview

Advies

Vergrijzing en de krappe woningmarkt: meer integraal denken en betere samenwerking vereist

Waar en hoe moeten ouderen in de toekomst wonen? Het is een belangrijke vraag nu Nederland in rap tempo vergrijst en de druk op de woningmarkt ongekend hoog is. De...

Bekijk